Maak het deeg. Doe de bloem, de rietsuiker, de boter en een snufje zout in de keukenmachine. Cutter tot het mengsel een zanderige structuur heeft. Voeg het water toe en cutter verder tot je een homogene bal hebt. Voeg eventueel een klein beetje water toe als dat niet lukt. Haal het deeg uit de machine, maak er een bol van en verpak hem in plasticfolie. Laat 15 minuten rusten in de koelkast.
Verwarm de oven voor op 200 °C.
Snijd de pompoen in stukken en stoom ze in ongeveer 15 minuten gaar. Laat ze uitlekken.
Roer de eieren los met de room. Voeg de kaneel, de nootmuskaat, de geraspte gember, het kruidnagelpoeder, de cassonade en de pruimengelei toe. Voeg de pompoen toe en mix glad.
Haal het deeg uit de koelkast. Bestrooi het werkvlak met bloem. Klop enkele keren met een deegrol op het deeg om het wat zachter te maken. Rol het deeg uit tot ongeveer 4 mm dik.
Leg een vel bakpapier in een bakvorm en leg het deeg erin. Snijd het overhangende deeg af en snijd er eventueel reepjes van. Versier de randen van het deeg met de reepjes deeg.
Klop de eierdooier los met een beetje melk en bestrijk de randen en de reepjes deeg ermee.
Verdeel de vulling over de taartbodem.
Zet de taart ongeveer 35 minuten in de oven.
Haal de taart uit de oven en haal ze uit de bakvorm.
Laat de taart afkoelen.