Mix voor het deeg de bloem, de olijfolie, de boter, het zout en het bakpoeder in de keukenmachine op een hoge snelheid tot je ‘broodkruim’ krijgt.
Voeg het ei en zes eetlepels koud water toe en mix tot een samenhangend deeg. Wikkel in plasticfolie en laat minimaal een uur rusten in de koelkast.
Verwarm de oven op 200 °C. Ontrol het deeg en leg het op een vlakke bakplaat, bedekt met bakpapier.
Snij rondjes uit het deeg en zet die in aparte bakvormpjes met de rand lichtjes omhoog. Doorprik de bodem en blijf één centimeter van de rand.
Bestrijk het deeg in het midden met tapenade. Halveer de kerstomaatjes en verdeel ze (met de snijkant omhoog) samen met de geitenkaas over de taartbodems.
Bestrooi met oregano, wat peper en zout. Bedruppel met olijfolie.
Bestrijk de rand met de losgeklopte eierdooier.
Bak de vormpjes tien à twintig minuten in de oven.
Snipper er, net voor het opdienen, de basilicum over.